Op wat een willekeurige maandagmorgen leek, ondertussen alweer lang geleden, scheen alles goed te zijn met de wereld. Mijn gezin en ik waren opgestaan, hadden allemaal ons ochtendritueel voltooid en ik was overgegaan tot de orde van mijn dag.
Rond de middag realiseerde ik me dat het wel heel rustig was. De telefoon was niet één keer gegaan. Ik ging op zoek naar het ding en vond hem uiteindelijk in m’n jaszak. Ik ontgrendelde ‘m en zag meteen dat het blijkbaar niet zo goed met de wereld was als ik dacht. Ik had een hele berg gemiste oproepen van m’n familie en meerdere dringende verzoeken terug te bellen. Toen ik dat deed, donderde de wereld zoals ik die kende in elkaar.
Ik dacht op dat moment dat het niet erger kon worden, maar later bleek dat die ochtend slechts de buitenmuur van het fort gevallen was. In de tijd die komen ging, zou alles wat ik dacht dat vaststond in de wereld langzaam maar zeker een illusie blijken.
Mijn wortels werden afgehakt
Ik begrijp dat jullie als lezer graag willen weten wat er dan was gebeurd. Dat is menseigen, we zijn nieuwsgierig. Maar ik kan jullie helaas niet de details geven, zonder daarmee de privacy van de betrokkenen te schaden. Laten we het erop houden, dat die dag het gevoel van veiligheid uit mijn jeugd met een enorme knal eindigde. Wat voor ons vanzelfsprekend leek, bleek een grote leugen te zijn. Het was voor de meesten van ons compleet onverwacht, wreed en figuurlijk bloederig. Wij, de familie waarin mijn wortels lagen, zouden echt nooit meer dezelfden zijn of hetzelfde naar elkaar kunnen kijken.
Zekerheid bestaat niet, maar eigenlijk maakt dat niet uit.
Wat ik me op dat moment realiseerde, waren twee dingen. Ten eerste, dat zekerheid echt niet bestaat. Natuurlijk was die gedachte al eerder in me opgekomen. Ik liep ondertussen al wat decennia op deze aarde rond en zoiets kan je niet ontgaan tenzij je een enorm bord voor je hoofd hebt. Maar op de een of andere manier kwam het nu pas binnen. Ten tweede bedacht ik toen, dat het ontbreken van zekerheid eigenlijk niet uitmaakt. Het is maar een gedachte.
Doordat ik m’n telefoon die ochtend vergeten was, heb ik een ochtend lang rondgelopen met het idee dat het gezin waarin ik was opgegroeid precies was zoals ik het de dag ervoor had achtergelaten. Die gedachte was een illusie. Hoeveel meer van die illusionaire gedachtes had ik eigenlijk? Ik had mezelf door de jaren heen al afgeholpen van flink wat gedachtengoed dat uiteindelijk niet het mijne bleek. Dit was echter wel heel groots. Dit ging terug tot de fundamenten van wat in mijn ogen onveranderlijk was. Niet dus.
De touwtjes van mijn leven stevig in handen
Ik vroeg me af wat er nog meer niet klopte van mijn waarheden. Achteraf denk ik dat dit het punt was waarop ik onherroepelijk zelf de touwtjes in handen nam. Er viel zoveel op z’n plek. Waarom ik vaak – zelfs in mijn eigen ogen – radicale omschakelingen had gemaakt. Waarom ik me altijd zoekende had gevoeld. Waarom ik altijd het gevoel had gehad dat ik toestemming nodig had. Van wie dan, daar had ik niet altijd een duidelijk beeld bij, hetgeen niet hielp.
Het was het moment dat ik me realiseerde dat het mijn leven is, ik uiteindelijk op niemand kon terugvallen en ik alleen toestemming van mezelf nodig heb om wat dan ook te doen. Dat dit voor iedereen geldt. De gebeurtenissen van die tijd lieten dat wel zien. Jij geeft toestemming voor wat er gebeurt. Als jij dat recht weggeeft aan iemand anders, dat leg je jouw lot in andermans handen met alle gevolgen van dien.
Spreekt dit je aan? Deel deze pagina met je netwerk, zodat mijn werk nog meer mensen bereikt! Bij voorbaat dank…